Tuesday, January 22, 2008

Presentatie AlsOf - 16 januari 2008

Verteller 1:
Welkom.
Voordat we beginnen, moet je weten dat er 10 elementen belangrijk zijn: de acteur, de tekst, de locatie, de projectie, de tijd, het licht, het object, het handelen, het geluid en het publiek.

Verteller 2:
Je loopt over straat, op weg naar huis. Een andere route dan normaal. Dit gedeelte van de stad ken je niet. De huizen zijn hier hoog en hebben geen ramen. De straten zijn recht en naamloos. Door de muur sijpelt muziek. Een klarinet. Lange noten. Oplopend. Twijfelend maar zuiver als een nachtegaaltje. Het doet je denken aan vroeger, de lange zomers, het dorre gras. Je gaat op je tenen staan en draait wat op zij. Er zit een klein gaatje in de muur. Nieuwsgierig als je bent leg je je oog op het gaatje. Niets te zien helaas. Er komt wel een stofje in je oog. Je trekt je hoofd terug, je neus schuurt langs het specie van de grove bakstenen muur. Drie stappen naar achter. Je kijkt omhoog langs de regenpijp en wrijft in je tranende oog. De muur is zo hoog dat je het dak niet ziet. Zou hier überhaupt wel iemand wonen? De schemer wordt steeds zwaarder en iemand vergeet de straatverlichting aan te doen. Verloren kijk je om je heen. Langzaam vult de schemer je denken. Je bent uitgeput. Duisternis priemt in je ogen. Je staat, denkend, vragend, turend in het donker.

Verteller 3:
Een wijd shot van een grote, grijze, verlaten straat met fabriekachtige panden.
Langzaam uitzoomen. Het beeld is opgebouwd uit groen, blauw en grijstinten.
Vervolgens een wit plastic veertje dat tolt in een wervelwind. Het wit lijkt blauw door de schemer. Het geluid van de klarinet gaat op in het huilen van de wind.

Verteller 2:
En dan is zij daar. In een witte japon loopt zij daar. De japon is bezaaid met glinsterende regendruppels. Haar vuurrode haar maakt haar huid spierwit.
Geruisloos komt ze op je af. In haar hand houdt zij een gloeilamp. Ik geloof niet dat zij...
Ik geloof niet... Haar hand brandt niet, hoewel haar vingers zich strak om het glas klemmen.
Het ziet er spookachtig uit.
Rond haar dansen witte veertjes. Doelloos als muggen rond haar voeten. Ze blijft plots staan.
Zou ze jou ook gezien hebben? Je rilt. Nee, het kan niet dat ze je ziet. Je staart naar haar het parelmoeren vlies dat haar ogen bedekt. De blauwe schemering van haar ogen daaronder. Blind boren ze zich in de jouwe en je kan haar blik niet ontwijken. Haar kleurloze lippen krullen zich tot een glimlach.

Verteller 3:
In keurig schoonschrift, ingelijst aan de muur staan alle handelingen die nodig zijn voor het fabriceren van synthetische veertjes.

Verteller 2:
Je verlamt van schrik als plots het opgefokte melodietje van een telefoon klinkt.
Je smoort je gil tot een te grote hap lucht en je hoort hoe de gloeilamp kapot valt Je ogen vernauwen zich om nog iets te kunnen zien. Een wit klein schermpje licht fel op in de volmaakte duisternis. Vaag de contouren van een pafferig gezicht.

Verteller 3:
De telefoon gaat. Opnemen of niet? De toeschouwer twijfelt. Misschien is het een grap. Toch opnemen. Het is de grote man Henk, 37 jaar. De toeschouwer hoort treingeluiden op de achtergrond wanneer hij opneemt.
Verteller 4:
Hey! Weet je het al?
Ja, dat zei die gozer ook, die komt uit Belgie.
Krijg je z'n email van me, kan je mailen.
Hij heeft nog nergens een handtekening gezet, dus we kunnen hem nog binnen halen.
Hij is een zwevende kiezer.
Zwevende kiezer zeg ik!
Hij gaat voor het leukste project en het leukste geld!
Maar dan nog...
Voor geld...
Ja joh.
Na, kantje boord.
Het is meer een uitvoerder.
Iemand van de praktische kennis.
Ik ben wel benieuwd naar die jongen!
Dat zal ik morgen aan hem vragen.
Ja, dan ik bel hem vanavond wel even op, ja?
Dan overtuig ik hem effe dat ie het morgen moet nemen.
Dan kijk ik morgen wel even.
Hij had gewoon even zijn twijfels. Wat misslagen achter elkaar...
Oh, oké, ik zal het doorgeven.
Nee...Oh, oké.
Oh, oké.
Hoeveel heb je d'r voor over?
Wat zei je? Wat zei je?
Ehm... Ik zit te denken dat voor tweeëntwintighonderd moet je blij zijn.
Denk ik.
Daar moet je gewoon van uitgaan.
Dat weet ik niet, dat weet jij niet, hahahaha!
Ik zal wel met hem praten vanavond, ja?
Ok, tot morgen, fijne avond!
Fijne avond ja! Fijne avond zei ik!Wie is je chauffeur vandaag?
Wie is je chauffeur vandaag?
Rachid? Joh!
Ik zeg niks, ik zeg helemaal niks.
Een andere mentaliteit. Haha!
Heb je m'n mails nog gelezen?
Ja, even kijken hoe het afloopt.
Moet je me morgenochtend even over bellen, dat weet ik allemaal niet.
Hey, ik spreek je, hoihoi!

Verteller 2:
De man hangt op en kijkt je plots recht aan. Hij lacht grijzige tanden en wil je zijn telefoon geven.

Verteller 4:
Bel jij hem maar even.

Verteller 2:
Hij houdt de mobiel in zijn uitgestrekte hand. Het schermpje gebruikt hij als lampje.
Je denkt aan het meisje. Zou ze hier nog staan? Dan kijk je op naar hem. Zijn glimlach is star.

Verteller 3:
Belichting van het gezicht enkel door het schermpje van de mobiel.

Verteller 4:
Bel even.

Verteller 2:
Je wil helemaal niet bellen. Waar heeft die man het over?

Verteller 5:
Neuh...

Verteller 2:
begin je voorzichtig. Maar hij pakt je hand en drukt de telefoon erin.
Hij grijnst. Dichtbij komt hij met zijn gezicht. Je voelt hoe de adem uit zijn openhangende mond je neus binnendringt. Koffie. Je lip trilt. Snel doe je een klein stapje terug. Henk lacht. Hard en overdreven. Hij draait zich om en loopt weg. Al snel verdwijnt hij in de duisternis.

Verteller 3:
Henk's lach klinkt ingeblikt, zoals bij funniest homevideo’s. Zijn stemmen vermeerderen zich.

Verteller 2:
Wat moet je doen? Het lampje van de telefoon gaat uit. Nu zie je niks meer.
Je blijft staan en probeert de telefoon weer aan te krijgen. Zenuwachtig druk je op de knopjes. Er gebeurt niks. De stilte klopt in je oren. De wind is gaan liggen, alles wat je hoort is het ruisen van je bloed. Voorzichtig tast je naar de muur. Rug plat ertegen.
Langzaam laat je je zakken, je jas kruipt omhoog. Zo zit je tegen de muur, je rug wordt langzaam koud. Wachten. Je wilt in je hoofd een liedje zingen, maar het eerste dat je te binnen schiet is de melodie van een reclame.

Verteller 5:
Beng en het vuil is weg! Beng en het vuil is weg!

Mogelijkheid voor wie wil om mee te doen met Verteller 5 in het roepen van de slogan. Mag ook daarna, als herhaling.

Verteller 2:
Je voelt je rot.

Verteller 3:
Aangezien het einde van deze scène donker is, zijn er twee mogelijkheden om de handelingen duidelijk te maken. Of wel, het beeld communiceert via ondertitels op een zwart scherm met de toeschouwer, of de toeschouwer bevindt zich zelf ook in een verduisterde ruimte en via de audio worden de gebeurtenissen gecommuniceerd.

Verteller 1:
Einde van wat zoal in mijn hoofd fladdert.
Voorstel voor scène 1, performance 1, installatie 1, theater 1, verhaal 1, ...

Stilte waarbij 3 mensen kuchen (naar eigen inzicht) en wat mensen fluisteren.

Verteller 1:
Vragen?

No comments: